Marie-Louise Reynders, roepnaam Wiske, staat al 50 jaar achter de tapkast van het
Bluescafé. Vergis je niet in de naam want het Bluescafé is geen bruine kroeg waar bluesmuziek wordt gespeeld maar een volkscafé zoals er helaas in het Kamp niet veel meer zijn. Net zoals andere cafés in soldatengemeente Leopoldsburg was de Blues 50 jaar geleden een soldatencafé. De dienstplichtigen hadden elke dag dorst en vele inwoners voelden zich geroepen om pintjes te tappen. Het aantal cafés was destijds nauwelijks te tellen. “In de beginjaren kostte een pintje 8 frank”, weet Wiske, “dat is omgerekend 20 eurocent.” Nu betaalt men € 1,80 wat nog altijd een zeer schappelijke prijs is voor 25 cl gerstennat. Vandaag is het café gevestigd in de Nicolaylaan maar de eerste vestigingsplaats was de Hospitaalstraat gevolgd door de Stationsstraat. Iedere verhuis nam Wiske de naam mee zodat de trouwe klanten haar wisten te vinden. Door de jaren heen verdwenen de soldaten en blijven vandaag de modale Kampenaren over om er tussen pot en pint een praatje te slaan. Vanaf nu mag er een gouden randje rond het embleem van het café. In mei van dit jaar plant Wiske een groot feest ter gelegenheid van haar gouden caféjublileum.
(Martin Vanierschot)