Het is ondertussen weeral meer dan een maand geleden dat ik in Japan geweest ben. En heel wat clichés blijken te kloppen: de Japanners zijn zeer beleefd en hun openbaar vervoer is een toonbeeld van stiptheid. Mensen schuiven rustig aan, laten eerst alle passagiers uitstappen alvorens zelf in te stappen. Ik moet er wel aan toevoegen dat ik de spitsuren heb vermeden.
Het openbaar vervoer in Tokio deed me meer denken aan metrostellen dan aan treinen. Maar ook tussen Kyoto en Osaka reed hetzelfde type wagons. Toegegeven, ik heb uiteraard niet alle types van treinen gezien. De supersnelle shinkansen had ik graag eens beleefd. Maar ik heb dus enkel wagons gezien zonder een toilet aan boord.
Voor korte verplaatsingen zoals in Tokio is een wagon met toilet ook niet echt noodzakelijk. Ieder station was ruimschoots voorzien van openbare toiletten. Het meest verrassende aan die openbare toiletten was dat ze gratis en kraaknet waren. Nergens graffiti gezien of remsporen van een voorganger. En de Japanse toiletten zijn ook uitgerust met een ingebouwde kontkuis. Je komt met een bijzonder zuiver gevoel van het toilet af. Al kunnen al die knopjes wel eens overweldigend overkomen als je voor de eerste keer van een Japans toilet gebruik maakt.
Het is vooral de zuiverheid van die toiletten die indruk maakt. Als je in een Belgisch station naar het toilet wil gaan, moet je soms een sleutel vragen aan het loket. Of je geraakt enkel binnen als je eerst betaalt. En zuivere toiletten vind je bij ons enkel als er ook betaald wordt en er personeel ter plekke is om de zaak proper te houden. In alle andere gevallen kom je wel eens uit bij onaangename verrassingen.
Ik heb een bijzonder mooie vakantie gehad met heel wat nieuwe indrukken. En ook dan geldt het spreekwoord “oost, west, thuis best”. Maar voor de openbare toiletten was oost toch wel het best.
Gert Cuppens