Volgens de correctionele rechtbank van Hasselt kon er geen twijfel over bestaan. De man was zot op vrouwenvoeten. In een wasserette had hij de voeten van een dame beroerd. Hij stopte toen ze zei dat ze dat liever niet had, om daarna post te vatten naast een andere dame en zich ook aan haar voeten te wagen, met de vraag of ze sportschoenen droeg. Aan de kassa van een warenhuis zat hij plots aan de benen, enkels en voeten van de dame voor hem in de rij. In een cultureel centrum ging het om de voeten van de poetsvrouw. Ontkennen hielp niet want foto’s en camerabeelden toonden aan dat de man niet geloofwaardig was.
De procureur des konings eiste een veroordeling wegens “stalking”. De advocaat betwistte vergeefs de feiten. Alleszins was er volgens hem geen sprake van stalking. Terecht, vond de rechtbank, want van een niet aflatende aantasting van de levenssfeer van de dames was geen sprake. Evenmin waren er blijvende gevolgen voor de dames.
Daarmee was de zaak echter niet uit de voeten. De rechtbank vond dat iedereen het er wel over eens was dat het aanraken van benen, enkels en voeten een uiting is van een bepaalde seksualiteitsbeleving, bekend als voetenfetisjisme. Telkens hij de damesvoeten betastte, beoogde de man seksueel genot en was er dus sprake van aanranding van de eerbaarheid. Zodoende werd de man toch nog veroordeeld, niet vanwege stalking maar wegens aanranding. Voor een advocaat heet dit een Pyrrusoverwinning.
Jan BOULY(De auteur is advocaat)