Het is zover. Let the Games begin!!! Op een paarhonderd kilometer van hier wordt de vlam ontstoken en met een boottocht over de Seine zal het een ongezien schouwspel zijn, de opening van de Olympische Spelen. Het lijkt in niets meer op het oorspronkelijke potje worstelen dat ooit op een heuvel in Griekenland begon, maar toch. De gedachte blijft, Citius. Altius. Fortius. Sneller. Hoger. Sterker! De grenzen van het menselijk mogelijke uitdagen. Ik vind het ontroerend en knap wat die atleten presteren. Hoe ze zichzelf kunnen disciplineren en echt voor een doel gaan. Elke dag. En dan, daar, dat ene moment beleven. De spanning, de concentratie, de explosie en dan de ontlading. De tranen van geluk of teleurstelling. Schitterend. Van een afstandje. Want ik zou mezelf niet zo kunnen pijn doen. Ik fiets, zwem, ren of turn me niet het snot voor de ogen.
Ik hoef niet sneller, hoger of sterker. Mijn doel ligt nu even in het omgekeerde. Trager, dieper, zachter. Net zo goed als jezelf uit te dagen meer te doen, is vertragen, dieper nadenken en je hart zacht maken best wel een opgave. Zeker voor ons, duracelkonijnen zonder af-knopje. Je kan blijven gaan, blijven rennen maar op een dag loop je keihard tegen de muur. Om daarvan te herstellen, duurt best lang. Daarom: Tardius. Profundius. Carius. Op het gemak, dat gaat het snelst.
Er bestaan dan geen medailles voor, maar geloof me, het loont de moeite. Want mee blijven doen, is belangrijker dan jezelf verliezen.
Claudia Nieuwenhuizen