Pasen is voorbij. De eieren zijn van de gazons geraapt. Wat nu nog komt, kunnen enkel vijgen zijn.
Wisten jullie trouwens waar die uitdrukking vandaan komt, ‘vijgen na Pasen’? Lang geleden werden Zuid-Europese vijgen tijdens de vastenperiode gebruikt als vervangmiddel voor vlees. Na Pasen had men weer de beschikking over het echte spul en hoefde die Ersatz niet meer.
Uitdrukkingen, zegswijzen, spreekwoorden: ik stel telkens weer vast dat de jongeren er maar heel weinig meer van kennen. Hoe jammer! Wat een immense rijkdom aan gebalde wijsheden missen ze.
Belofte maakt schuld. Nog zo eentje. En ik heb beloofd te zwijgen over die twee met ingewikkelde elektronica volgestouwde cilinders die een verborgen ondergronds bestaan leiden in het wegdek aan het Lommelse Kerkplein.
Maar – hier komt er weer eentje – nood breekt wet. De drang is te groot. Het is mijn plicht als bewuste en wakkere burger om jullie in te lichten. Want wat meldt me een van mijn doorgaans uitstekend ingelichte informanten uit Beringen (deelgemeente Paal!)? Ze hebben daar nu ook één (!) buspaal! In de Violetstraat staat die mooi te wezen. En de persmuskieten hebben zich al op het ‘nieuws’ gestort. “Het is een verzinkbare paal”, zo schrijft een Limburgse krant, trots alsof ze in Beringen het warm water uitgevonden hebben, “die wel de bussen doorlaat maar geen auto’s”. En even verder pocht schepen van mobiliteit Jean Vanhees: “De buschauffeurs beschikken over een zender waarmee ze van op afstand de paal in de grond laten verdwijnen. Zodra de bus gepasseerd is, komt de paal weer omhoog.”
Wat een vermetel vertrouwen! Weten ze daar dan niet hoe het onze stad vergaan is met haar twee buspalen? De stadsbesturen van Lommel en Beringen hebben toch ongeveer dezelfde kleur! Ik bedoel, Maurice Webers en Peter Vanvelthoven zullen toch wel eens met mekaar praten!
Want in Lommel, lieve mensen uit Beringen, zitten die palen al sinds mensenheugnis ongebruikt in het wegdek. Ze hebben na hun ingebruikname menige buschauffeur van De Lijn de psychiatrie in gedreven. Ze bleven omhoog als ze omlaag moesten en gingen omlaag als dat niet de bedoeling was, om dan onverhoeds terug naar boven te schieten en een argeloze verstrooide autobestuurder de schrik en de blikschade van zijn leven te bezorgen.
Of – ik durf het bijna niet te denken – zou het een tweedehandspaal zijn daar in Beringen? Zouden de kameraden van Lommel er eentje voor een prikkie verkocht hebben? In Lommel merkt dat toch niemand. En nu ik aandachtiger naar die foto in de krant kijk: ik meen dat ik hem herken, die paal in Beringen. Het zal toch niet waar zijn!
Komaan Walter Cremers, schepen van stadsontwikkeling en mobiliteit, haal die van Lommel – indien dat technisch nog tot de mogelijkheden behoort – in het bijzijn van de pers, nog één keer naar boven. Toon ze! De verontruste bevolking heeft er recht op.
Chel DRIESEN