Tribunaliteiten
Als ouders uit elkaar gaan wordt er meestal een vast maandelijks onderhoudsgeld bepaald voor de gebruikelijke kosten van de kinderen. De bepaling van zo’n vast maandelijks onderhoudsgeld verloopt meestal vlot. Maar, wat met de buitengewone kosten van een kind? De ouder die moet betalen ziet dit dikwijls anders dan de ouder die ontvangt. Vandaar dat - meestal met de beste bedoelingen - op het ogenblik van de scheiding een opsomming wordt gemaakt van die buitengewone uitgaven. Het gaat dan over medische kosten, orthodontie, rijlessen, schoolreizen, kosten van hogere studies,... Zo’n opsomming vermindert de kans op discussie, maar is niet altijd sluitend. Men ziet bepaalde kosten over het hoofd of vergeet dat de tijden veranderen en dus ook het uitgavenpatroon van een gezin. Wie wist bv. tien jaar geleden dat een laptop vandaag tot de basisuitrusting van een kind behoort? Vandaar dat vrederechters achteraf soms liever sleutelen aan het vaste onderhoudsgeld dan aan de regeling over de buitengewone kosten.
Om discussies in de toekomst te vermijden, spreken ouders ook vaak af dat ze altijd overleggen over de buitengewone uitgaven. Maar achteraf blijkt dit overleg een vrome wens. Wie moet betalen geeft niet thuis of weigert altijd opnieuw akkoord te gaan met extra uitgaven. De rechtbank past hier doorgaans een mouw aan door de ouder die niet reageert op mails of brieven af te straffen. Of de rechtbank verplicht de andere ouder tot terugbetaling van zijn aandeel in een buitengewone uitgave, omdat die uitgave redelijk is en in het belang van het kind. Zo tracht de rechter altijd te voorkomen dat zoon of dochter het kind van de rekening is.
Jan Bouly
(De auteur is advocaat)