Eddy Merckx won 50 jaar geleden de Tour de France. 50 jaar, een halve eeuw, het
lijkt veel en toch is het niets. Eddy won toen de Tour, ik de wereld. Ik was amper 21, een man
blakend van gezondheid, barstend van energie. De acne pukkels konden mij niet deren. De wereld
leek de verkeerde kant op te gaan, maar wij gingen die botweg veranderen, samen, met velen. Elke
week was er wel een betoging. Toch hing ik ook nogal eens de clown uit met mijn vrienden. Toen kon
dat nog volop. Lachen was normaal. De verbeelding aan de macht. Zo liep ik in volle blok van het
restaurant naar mijn kot als een uitgedroogde migrant in de zengende hitte van de woestijn, terwijl
het niet eens 20 graden was. De voorbijgangers vergaapten zich aan mij. Wij gierden het uit. Ik
herinner me ook dat ik showde met mijn beddenlakens in de trein onderweg naar Leuven, terwijl
mijn vrienden het uitschaterden en mijn handdoeken uit mijn valies sjouwden en ze lieten wapperen
door het venster van de treincoupé. Ik acteerde op een fuif met mijn valies in de hand de "one armed
man" op de vlucht als "the fugitive" van het gelijknamig feuilleton op TV. We lachten ons kreupel
met deze onnozelheden. Ja, toen kon niks ons deren. Ik had een mooi lief en haalde op mijn sokken
onderscheiding. In het najaar ging ik bij een boer werken, bieten rooien. Zwaar labeur om voor mijn
geliefde een witgouden ring met briljanten te kunnen kopen. De wereld lag aan onze voeten. Alles
kon. Waar is de tijd, Eddy?
Jef LINGIER