In de krant lees ik over het nieuwe tv-seizoen. We krijgen een programma over mensen die naar tv kijken. “Hallo televisie”. Zullen we er geen vraagteken achter zetten? Hallo televisie? Waar zijn we mee bezig? Alhoewel. Ik moet voorzichtig zijn met mijn oordeel.
Op de plek in de woonkamer waar normaal mijn lees- en kijkzetel staat, staat nu de kerstboom te blinken. Zonder stroom is hij niets, de sukkel. Op die plek zat ik ideaal om zowel te lezen als naar tv te kijken. Nu zit ik met mijn rug naar de kijkkast om te kunnen lezen. Met de voeten netjes op de bank. Ik kijk naar de rest van de familie, terwijl zij naar de beeldbuis zien. Alsof je naar een spiegel kijkt.
Ze zeggen dat toeval niet bestaat. Net op dat moment lees ik in een boek van Jeroen Brouwers dat je in een spiegel niet naar jezelf kijkt. Omdat je linkerkant dan je rechterkant is. Je kijkt naar een andere ik met eindeloze verschillen. Het is iets om over na te denken.
Met je eigen spiegelgestalte kan je ook geen canon zingen, staat er geschreven. Even dacht ik om het te proberen. Even maar. Spiegels zijn genadeloos.