Sinds ik me weer gemotiveerd krijg om elke dag een fietstochtje te maken, heb ik in mijn dierbare Lommel al talloze prachtige plekjes ontdekt. Ik heb zo’n fietsroutekaart gekocht bij ‘Toerisme Lommel’ en elke morgen stippel ik een rit van om en bij de 20 km uit. Nu kom ik niet graag telkens op dezelfde plaatsen terecht, maar In een gemeente als Lommel is het een koud kunstje om dat te vermijden.
De tocht van gisteren? Via de Maatheide en Werkplaatsen naar het heidegebied achter het Kristalpark. Nu kan dat nog. Er zitten nog wat exemplaren van de lentevuurspin die de verhuizing gemist hebben, maar als je op de fietspaden blijft, bezorg je ze voorlopig weinig of geen last. Binnenkort wordt dat wat anders, als ze hier dat mastodontische park van zonnepanelen neerpoten.
Er ligt een brug over de spoorweg Hamont–Antwerpen. Hijgend geraak ik boven. Mijn fiets heeft wel elektrische ondersteuning, maar ik vertik het om daar meer dan de helft van te gebruiken. Ik wil blijven voelen dat ik zelf ook nog wat doe. Net als ik er midden op sta – het is drieëntwintig over vijf – passeert een trein. Nou, als onderdeel van de IJzeren Rijn stelt dit niet veel voor: een locomotief en één wagon. Maar soit: een trein is een trein en terwijl ik me, zittend op mijn fiets, vasthoud aan de brugleuning, droom ik even weg over exotische bestemmingen. Vroeger – lang geleden – heb ik wel eens plannen gemaakt om met die legendarische trans-Siberische spoorweg naar Vladivostok te denderen. Weet je hoe ver dat is? Je kunt er met het blote oog bijna Japan zien liggen!
Een door de recente hitte omhoog gekomen stuk beton op het fietspad brengt me met een ferme schok weer naar de reële wereld. Geen Koreaanse restaurants met gedroogd zeewier of bekoorlijk zwevende Japanse geisha’s te bekennen. ‘De Nieuwe Vosvijvers’ heet het hier en, ofschoon bewoond, is dat gewoon een voorlopig nog onontdekt deel van Kattenbos. De enige inboorling die ik te zien krijg, is zijn paard aan het strelen.
Even langs het Kanaal van Beverlo naar Kerkhoven dan. Ik ben mijn drinkbus vergeten te vullen. Op het terras aan de jachthaven bestel ik een Grimbergen. Terwijl ik er intens van geniet, zie ik weer dat beeld op TV van die meneer die vorige zondag in de kerk van Grimbergen uit het Nieuwe Testament triomfantelijk voorlas dat vrouwen altijd onderdanig moeten zijn aan hun man.
Die kerk zat vol vrouwen. Niemand stond op uit protest. Geen # MeToo–activistes in de buurt. “Ja maar”, zegden de paters achteraf, “dat staat er wel, maar dat is zo niet bedoeld, hoor.” Mijn Grimbergen is gelukkig bijna op. Ineens lust ik hem niet meer.
Chel DRIESEN