Ik weet niet of het u ook opvalt. Misschien ligt het helemaal aan mij en mijn lichte obsessie als het om taal gaat. Misschien is het maar beter als ik er uw aandacht niet op vestig, want als je het eenmaal hoort, kan je het niet meer ont-horen. Als u geen zin heeft om de rest van de dag of misschien zelfs de rest van uw leven opgezadeld te zitten met mijn tic, kan u maar beter hier stoppen met lezen. U bent gewaarschuwd.
Voortdurend, bij elk gesprek, of zelfs als ik moederziel alleen ben, stuit ik op allerlei geluiden die we maken. Niet de woorden die we uitspreken maar de gekke brommen, snuifjes en andere rare klanken die we produceren. Ze staan vast niet in de Dikke Van Daele maar ze zijn de peper en het zout van onze taal. Ze zeggen niks maar betekenen alles.
Hoe meer ik erop let, des te meer spot ik er. Chhhhh, pffff, bwaaa, tsss...
Een “Hmmm” kan van alles betekenen. Hmmm, ik denk er het mijne van. Hmmm, lekker, appeltaart. Hmmm, ja, vind ik ook. Hmmm, zo had ik het nog niet bekeken. We neuriën wat af. Een welgeplaatste hmmm houdt het midden tussen ja en nee. Tussen bewondering en afkeuring. En gek genoeg begrijpen we die hmmm. Meestal.
Een implosieve ‘t, die klinkt alsof je op een snoepje zuigt, kan betekenen, ‘schiet es op’ of ‘wie heeft er een rooie sok bij de witte was gestopt.’ Ik gebruik die ’t met regelmaat als ik weer eens iets kwijt ben of uit mijn handen laat glippen. In een klein klakje zit alle ergernis.
Mijn absolute favoriet is hu’uh. Je hoort hem de laatste tijd niet meer zo vaak, maar onlangs ving ik een gesprek op tussen twee oude mannen. Nou ja, gesprek. De ene was druk een monoloog aan het afsteken over de politiek en wiens schuld het was en dat ze maar eens moesten… Die andere man zei de hele tijd niets en toen het slotargument als een koekentroef op tafel werd gesmeten, knikte hij en antwoordde, “Hu’uh.” En daarmee was alles gezegd. En niets.
Ik hoor ze overal, voortdurend. Die nietszeggende-allesbetekenende geluiden. Die piep-zucht-knorretjes. Die murmelende brommen. Ik kan ze niet meer ont-horen. En ik vrees, u vanaf nu ook niet. Sorry. Maar ik had het nog zo gezegd. Tsss.
Claudia Nieuwenhuizen