Mag ik het voor één keer ook eens over mijn eigen beperkte biotoop hebben, ja? Over mijn kleinkinderen bijvoorbeeld. Ik heb er drie stuks: Jens is zeventien maanden, woont in Engeland en moeit zich nog niet met de vele issues die de rest van de clan bezighouden. Het ventje mag zich onbekommerd verheugen in een volmaakt probleemloos bestaan. Bovendien krijgt hij spontaan en van iedereen alle aandacht waarom hij – soms iets te nadrukkelijk – verzoekt.
Jan is twaalf en maakt Boxbergheide in Genk onveilig. Volgende week begint hij aan zijn zesjarige loopbaan als scholier in het Middelbaar Onderwijs. Naar zijn mening wordt al eens geluisterd. En het komt steeds vaker voor dat hij in een tafelgesprek zinnige dingen zegt.
En dan is er Anna, mijn enige en bijgevolg favoriete kleindochter. Ze stevent zelfzeker op haar achttiende verjaardag af. In oktober is het zo ver. En als straks het nieuwe academiejaar begint, gaat ze dapper de rechtenstudie aanvatten in Hasselt. Haar mening telt in het gezin al voor de volle honderd percent mee. Soms vinden wij, met onze vastroestende ideeën en principes, die mening wel wat al te doortastend, maar dat lijkt weinig indruk te maken.
Vermits de universiteit waar zij ingeschreven is in minder dan een kwartier per fiets te bereiken is, heeft – excuseer, had – zij sinds kort een nieuwe elektrische fiets ter beschikking. Natuurlijk ging ze er goed voor zorgen. Vanzelfsprekend zou ze hem nooit ongesloten ergens achterlaten. Voel je me komen?
Vorige week is hij gepikt. Hij was niet gesloten.
Gevolg: een erg ongelukkige en schuldbewuste kleindochter, teleurgestelde ouders en een medelijdende opa die het toch ook niet begrijpt. Hem zou zoiets natuurlijk niet overkomen. Hij sluit zijn fiets immers altijd zorgvuldig af.
Die opa ging eergisteren winkelen. De koelkast vertoonde leemtes die opgevuld moesten worden. Toen hij met mijn karretje buitenkwam en de twee tassen aan weerszijden van zijn fiets volgeladen had, tastte hij in zijn broekzak naar zijn sleutel. Vergeefs. Zou hij nog bij de kassa liggen? Nee hoor. Ergens op de vloer in de hall naar de buitendeur? Niks van.
En weet je waar hij na een tiental minuten speurwerk teruggevonden werd? Op het slot van de fiets!
Opa had zijn dure vervoermiddel ongesloten achtergelaten. Maar opa heeft – gelukkig voor hem – geen ouders die daarvoor boos op hem worden. Dat niet.
Hij voelt zich wel heel erg schuldig.
Chel DRIESEN