Dit weekend wordt met een extra lange editie van Paal op Stelten ook 30 jaar toerisme in Beringen gevierd. In
1985 werden de eerste stappen gezet naar een professionalisering van het toeristisch verkeer in Beringen. Het
VVV Beringen zag het levenslicht. Ik werkte toen als jonge enthousiaste radiomaker bij Radio Benelux. Het toeristisch aspect van onze stad heeft me altijd geboeid. Toerisme is zowat
mijn tweede natuur geworden. Jarenlang heb ik als freelance reisleider gewerkt voor Neckermann en Thomas Cook. En dankzij de tv-reeks
Routen uit Limburg voor TV Limburg mocht ik in 2001 zestig dagen lang onze provincie doorkruisen op zoek naar de mooiste plekjes. Beringen heb ik altijd nauwlettend in de gaten gehouden. Als medewerker van Radio Benelux lag ik nog mee aan de basis van Paal op Stelten door een samenwerking te zoeken met Stefan Wuyts van MVC. De rest is geschiedenis.
Maar even terug naar het toerisme in Beringen. Wat stelde dat
30 jaar geleden voor? Toerisme dat was vooral het
Koersels Kapelleke. Als kind genoot ik van die prachtige speeltuin. In mijn kinderogen was dit de mooiste plek van uren in de omtrek. De
uitkijktoren vond ik fenomenaal hoog. Met knikkende knieën ging ik de eerste keer naar boven. Als tiener trokken we met de fiets tijdens hete zomerdagen naar het Kapelleke. Dit keer niet voor de speeltuin of de toren maar om een frisse duik te wagen in de plas en om meisjes proberen te versieren. De speeltuin en de vijver, ze zijn er nog altijd. De stad heeft de laatste jaren
flink geïnvesteerd in het recreatieoord en dat loont. Het is een mooie stek, een oase van rust waar veel mensen nog altijd graag vertoeven.
Als kind kwam ik
in de schaduw van de mijn wonen. Ik keek met grote ogen naar de dampende koeltoerens, de draaiende wielen van de schachtbokken en de mijnwerkers die na hun post met bier en cervela langs de straat stonden. Als tiener keek ik van achter de haag naar de rijkswachters die met waterkannonnen en paarden de stakingen wilden breken. Het was de kroniek van een aangekondigde dood. Maar het was ook de start van iets nieuws.
Het prachtige
mijnerfgoed is in Beringen gelukkig bewaard gebleven en dat is vandaag de grootste troef op toeristisch gebied. Dankzij de
Vrienden van het Mijnstreekmuseum hebben we nu een mooi museum en een schitterend stukje goed bewaard erfgoed.
Be-Mine is in volle ontwikkeling en het is voor iedereen duidelijk dat hier de troeven liggen van het toerisme in Beringen. Binnenkort opent het winkelcentrum en volgend jaar de avonturenberg en het duikcentrum. En er volgen waarschijnlijk nog meer recreatieve initiatieven.
Als tiener gingen we ook zwemmen aan de
Paalse Plas. Dat mocht wel niet maar je bent jong en je wilt wat… Ondertussen is ook de Paalse Plas uitgegroeid tot een
volwaardig toeristisch product. Vele stonden in het begin sceptisch tegenover de plannen van een golfterrein en een fietscafé. Maar tijd brengt raad en mede dankzij de inzet van de provincie Limburg om een heus fietsroutenetwerk met knooppunten systeem uit te bouwen, is het domein rond de plas een succes geworden. En ook de eerste
B&B’s openden hun deuren. Ik herinner met nog goed toen
Constance Vantilt om raad kwam vragen om in Paal een B&B te openen. Zou dat wel lukken? En ja, dat zou lukken. Nu zijn er in Beringen verschillende
succesvolle en leuke overnachtingsmogelijkheden.
Toerisme Beringen is ook het succes van
Esmeralda Meyen en Ludo Claes. Door hun enthousiasme en hun gedrevenheid is Toerisme Beringen kunnen groeien tot een mooi product. En dankzij hun sterk
team van medewerkers en vrijwilligers is Toerisme Beringen een naam in Limburg en ver daarbuiten. Straks zijn zij allemaal weer druk in de weer om van
Paal op Stelten een geslaagd evenement te maken. En als de laatste bezoekers zijn verdwenen, werken zij in alle stilte verder aan het volgend evenement: de halfoogstfeesten in Beverlo. En zo werken zij jaar in en jaar uit ontzettend hard om Beringen op de toeristische kaart te zetten. En met succes durf ik zeggen.
Proficiat allemaal.
Hans Put