Door het voortduwen van de rolstoel veeg ik al na vijftig meter het zweet van mijn voorhoofd. De zon schijnt genadeloos op mijn hoofd. Alsof het in een kachel steekt. We draaien het bos in. Eindelijk schaduw. “Hier is het beter”, zegt ma. “Zeg dat wel”, antwoord ik, opnieuw mijn zakdoek bovenhalend. Ze hoort me vegen en zuchten. "Ge zweet al zeker? Bij mij gaat het nog."
"Er liggen gelukkig geen dennenappels op het pad", zegt ze. "Dat rijdt makkelijker.” “Dat is tegen de herfst hè ma”, zeg ik.
Het doet me denken aan het woonzorgcentrum uit de tv-serie
'After life'. ‘Autumn leaves’ heet het woonzorgcentrum, of ‘
Herfstbladeren’. Voor mensen in de herfst van hun leven. Een naam waar je het niet meteen warm van krijgt. Dat doet de serie wel. Over een man die na het overlijden van zijn vrouw de draad terug probeert op te nemen, maar hier niet meteen in slaagt. Hoe begin je daar ook aan? Daarbij komt dat zijn vader in het WZC een op voorhand verloren gevecht tegen dementie voert. Je kan de reeks vertalen als '
Na het leven'. Of misschien wel '
Het tweede leven'. Wist je dat je inderdaad twee levens hebt? Het tweede begint op het moment als je beseft dat je er maar één hebt.
“Vroeger gingen we in het bos altijd dennenappels rapen”, vertel ik ondertussen op het wandelpad. “Om de stoof aan te maken.” “Ja, we hebben wat dennenappels geraapt, maar dat zult gij niet meer weten. Wij waren nog klein. Die waren voor de Leuvense stoof in de keuken.” Ma zit af en toe een generatie verder terug in de tijd. De Leuvense stoof stond bij haar ouders. Wij hadden een kachel in de woonkamer.
Toch vertellen we graag over vroeger. Je moet het warm houden, dat geheugen.
Rudi LAVREYSEN