Ooit deed er in Lommel het gerucht de ronde dat iemand, een persoon van aanzien, in zijn boekenkast enkel ruggen van boeken had, zonder tekst erachter dus.
Op het einde van de volgende maand verhuis ik. Het gevoel daarbij is behoorlijk dubbel. Ik hou namelijk erg van de woning en de omgeving waar ik momenteel woon en vertrek naar een mooi nieuw appartement vlakbij. Het wordt bijgevolg gehechtheid versus nieuwsgierige verwachting.
Maar er komt vanzelfsprekend ook een heleboel werk bij kijken. Sommige spullen moeten weg want vertonen sporen van de tand des tijds, andere worden beter vervangen nu de gelegenheid zich voordoet en een of twee nieuwe meubelstukken kunnen nu ook wel aangeschaft worden. In mijn geval moet ik wegens plaatsgebrek afstand doen van een aantal boeken – ik ben nu eenmaal een boekenwurm – omdat de kast waarin ze prijken ook weg gaat.
Daarin zit: het totale verzamelde werk van de grote Franse schrijver Emile Zola. Vierentwintig fraaie, in lichtbruin kunstleer gebonden exemplaren. Uitstekend in het Nederlands vertaald voor de Antwerpse uitgever Walter Beckers. Het zijn prachtige ruggen daar achter het glas, echt een reeks dus waarmee je kunt uitpakken als er visite is. Bovendien, Emile Zola is niet de eerste de beste. Welke historicus heeft niet gesmuld van de open brief “J’accuse” die hij in 1898 publiceerde ter verdediging van de volkomen onterecht veroordeelde en gedegradeerde officier Alfred Dreyfus? Iedereen die ooit wat Frans in zijn studiepakket had, kent hem als de waarschijnlijk allergrootste naturalist.
Ik neem dus één exemplaar, pak het netjes in plastic in – het mocht eens regenen – en trek op zondag naar de Lommelse rommelmarkt. Wat zal de man/vrouw die daar met een boekenkraam staat blij zijn als ik hem vertel dat ik er zo nog drieëntwintig heb en dat hij ze gratis mag hebben. Wie schetst mijn verbaasde teleurstelling toen zij het kleinood even misprijzend bekeek en zei: “Nee, meneer. Zo iets geraak ik niet kwijt. Maar ginds is er nog iemand met boeken. Die heeft misschien wél interesse.”
“Mooi boek”, zei de andere standhouder. “Maar nee meneer. Echt niet. Dat krijg ik niet verkocht.” Het heeft me twee dagen gekost om enigszins te herstellen van de schok. En toen heb ik mij, met hetzelfde boek in plastic verpakking, vastberaden naar een kringloopwinkel over de grens begeven. Nederlanders zouden Emile Zola wel naar waarde schatten!
Dat dacht ik maar. “Wie is Emile Zola?” vroeg de mevrouw. “Nee hoor. Daar kunnen wij niks mee.” “Ook niet als ik de hele reeks gratis breng?” Neen dus.
Wat nu? De papiercontainer? Dat krijg ik niet over mijn hart. Dan lees ik alles nog liever zelf. (Grapje hoor.) Kennen jullie iemand die ze wil?
Chel DRIESEN