Heel af en toe voel ik de behoefte om mijn aandoening uit de doeken te doen. Zoals nu. Ik lijd aan dwangmatig dubbelzinnig denken en wervelende woordspelerigheid, vrij vlot te verwarren met vervelende woordspelerigheid. Regen maakt mij neerslachtig, zeg ik weleens, terwijl ik er geen hol van meen. ’t Is gewoon enorm bevredigend om regen en neerslag in één zin uit te spreken, zonder dat iedereen dat meteen doorheeft. Sporadisch neem ik wel eens de trein. Excuseer.
Gelukkig leef ik er al meer dan een halve eeuw mee. Dat vlakt af en maakt iets minder scherp. Als een cactus die langzaam zijn stekels verliest. Slechte vergelijking en gevaarlijk woord. Zeker in het meervoud dwalen mijn gedachten meteen af naar slecht gereinigde babybilletjes. Cactussen gedijen daarenboven prima in een droge omgeving en dat is bij mij ook al niet het geval. In mijn kinderjaren was mijn hoofd als een allesabsorberende spons. Tegenwoordig komt alles echter in een trechter terecht. Informatie en prikkels worden fijntjes gefilterd. Als een soort breinbeveiliging, die voorkomt dat ik helemaal gek word, vermoed ik. Vermout? Ja, lekker! Droge lucht hier. Liever een glas bier dat nog vol staat, maar een vermout volstaat. Alleen als er lekker veel ijsblokjes in ronddobberen, maar dat vist je al. Sorry. Wist.
Intimi zeggen dat ik me te bloot geef in mijn teksten. Te bloot, bestaat dat? Heel lang geleden ben ik eens naar een naaktstrand geweest. In Nederland, in Eersel. Het was een probeersel. Aanvankelijk wilde ik mijn onderbroek aanhouden, maar toen dacht ik: kom op, je hebt verdomme een antislipcursus gevolgd! Uiteindelijk had ik er niks aan, begrijp je? Overroepen toch, die naaktloperij. Het was te bloot, en daarmee was de kous af. Letterlijk. Want in een ultieme twijfelfase had ik nog heel even een sok gebruikt om mijn toen nog jongeheer te bedekken.
Nog zo’n goedbedoelde raad: in plaats van je geest gedurig te grabbel te gooien, zou je beter iets schrijven over het nieuws en de wereldproblematiek. Minder persoonlijk. Meer afstand houden. Komaan! Ik? Dat stinkt naar overtrokken betrokkenheid. Ik ben zo egocentrisch dat ik nooit de actualiteit volg en al mijn informatie opzoek op Ikipedia. Daarenboven geniet ik van intimiteit met mijn lezers! Niet seksueel, maar tekstueel!
Hoe dan ook, ik moet en zal met woorden spelen. Mezelf zijn. Als een auteur met Parkinson die ervan droomt om een trilogie neer te pennen. Laat ik maar gewoon wat verder schrijven en dichten, de afstand tussen mezelf en de wereld verkleinend, mijn gedachten in gedichten en andere geschriften gietend en de vermout in mijn keelgat.
Danny VANDENBERK