Net op tijd was ik. Met mijn keuze voor de fiets, bedoel ik. Sinds je op het Hertog Janplein moet betalen voor een parkeerplaats, lijkt een massa auto’s uit te wijken naar de paar plekken waar het nog wel gratis is. Achter mijn stamkroeg bijvoorbeeld. Of in het Adelbergpark.
Probeer je auto nog maar eens kwijt te geraken in de buurt van het centrum op een gewone werkdag! Ik wens je veel succes.
Met de fiets kun je tenminste nog ergens geraken. Als je voldoende doodsverachting hebt om je leven te riskeren in de Kerkstraat tenminste.
Ik leg hem tegenwoordig wel dubbel vast als ik hem ergens parkeer. Met het gewone wielslot natuurlijk, maar dan ook nog eens met een stalen ketting waar elke fietsendief zijn tanden gegarandeerd op stuk bijt. En nog ben ik er niet helemaal gerust in.
Het is me toch ook wat in Lommel! Bij mijn overbuur in de apotheek is er eergisteren een overval geweest. En gewapende kerel met bivakmuts stapte doodgemoedereerd de zaak binnen en eiste de inhoud van de kassa.
Ver van je bed? Vergeet het maar. Het gebeurt gewoon voor je neus!
Een paar dagen geleden werd, niet zo ver van het centrum, van de oprit voor een huis een BMW gestolen. Een kennis van me, die vlak in de buurt woont, zag de ellendelingen wegrijden.
Lommel blijft een erg prettige stad om in te wonen, maar er zijn dus ook donkere kantjes. En dan heb ik het niet over het fijne donkere lijntje op de keukens van Donald Muyle.
Ik hoor net op het radionieuws over de rellen van vannacht op de Meulenberg. Een politie-inspecteur is er levensgevaarlijk gewond. Het woord ‘allochtoon’ werd in alle berichten angstvallig vermeden. Er wonen wellicht geen allochtonen op de Meulenberg! Ik ben er me van bewust dat ik nog maar eens op gevoelige tenen ga trappen, maar waar zijn we met al dat verdoezelend en pamperend taalgebruik in vredesnaam mee bezig?
Er zijn plaatsen waar ook woorden als ‘gehandicapte’ en ‘armenbegrafenis’ moeten wijken voor ‘persoon met een beperking’ en ‘stadsbegrafenis’. Dat zou minder kwetsend zijn, hoewel het precies hetzelfde betekent. Maar iedereen die met taal bezig is, weet toch dat de taalevolutie zo werkt dat ook die termen binnen de kortste keren onherroepelijk zelf even kwetsend worden. Gaan we dan weer maar eens nieuwe benamingen bedenken?
Of, zoals Herman Brusselmans zich afvraagt, moeten we een dwerg straks een ‘verticaal niet volledig volgroeide medemens’ noemen?
Chel Driesen