De Lommelse Annick Helsen is verhuisd naar Zuid-Afrika. Ze gaat ons van daaruit regelmatig laten weten waarom ze dat land zo aantrekkelijk vindt.Hoewel mijn artikelen meestal over Zuid-Afrika gaan, neem ik jullie deze keer graag mee op een avontuur net over de grens. Lesotho, het 'Kingdom of the Sky', betovert met zijn adembenemende schoonheid en rijke cultuur. Mijn recente reis door dit koninkrijk, gelegen midden in Zuid-Afrika, was een avontuur om nooit te vergeten.
Lesotho, ongeveer even groot als België, is volledig omringd door Zuid-Afrika en verrast je met haar duizend bergen. Zelfs de laagvlaktes liggen hoger dan waar ook ter wereld, waardoor dit land terecht 'Het dak van Afrika' wordt genoemd. Met een laagste punt dat hoger ligt dan 1400 meter boven de zeespiegel, is Lesotho het hoogst gelegen land ter wereld.
Onderweg zag ik de typische roundavels, de mooie ronde huisjes, en de opvallende Sotho-kledingstijl met dikke, kleurrijke dekens en grappige rieten hoedjes. De lokale bevolking verplaatst zich voornamelijk met ezels of paarden, waardoor de wegen rustig zijn en je weinig verkeer tegenkomt. Wat deze trip echt onvergetelijk maakte, was de kans om de lokale cultuur te beleven en betoverende plekken te ontdekken. De eenvoudige levensstijl, het ritme van de natuur en de diepe band met het land hebben echt indruk op me gemaakt.
Een authentieke Basotho-deken uit Lesotho is vaak felgekleurd en prachtig ontworpen. Deze unieke dekens werden in de 19e eeuw geïntroduceerd als vervanging voor de dierenhuiden die oorspronkelijk werden gedragen. Deze dekens zijn een belangrijk symbool van de Basotho-cultuur en worden beschouwd als kostbare bezittingen die vaak van generatie op generatie worden doorgegeven. Ze worden door zowel mannen als vrouwen gedragen, en er zijn verschillende soorten, elk met een uniek ontwerp en betekenis. Zowel de koninklijke familie van Lesotho als de schaapsherders dragen al eeuwenlang Basotho-dekens, wat hun veelzijdigheid en culturele waarde benadrukt.
In de hooggelegen dorpen van Lesotho zijn de bewoners nog altijd afhankelijk van zelfvoorziening en ruilhandel om te overleven. Dit heeft geleid tot een bijzonder systeem met plastic vlaggen. Het werkt heel simpel: wanneer iemand een dier heeft geslacht en er is vlees over, wordt dit geruild door een rode plastic tas buiten op te hangen. Voor groenten gebruiken ze een groene plastic tas. Zelf gebrouwen bier? Een gele tas voor bier van hop en een witte tas voor bier van sorghum.
In de prachtige bergen van Lesotho spelen herdersjongens een cruciale rol. Deze jonge 'Basotho' hoeden schapen en koeien, en hoewel hun werk zwaar en vaak eenzaam is, dragen ze de trots en tradities van hun cultuur met zich mee. Ze zijn vaak te herkennen aan hun kleurrijke dekens en traditionele mutsen, die hen beschermen tegen de kou in de bergen.
De “Kome Caves” zijn een Nationaal Erfgoed en bestaan uit vijf woningen van moddersteen binnen een grote grot. Deze unieke plek ligt op 1.800 meter hoogte, 50 km van de hoofdstad Maseru, en is omgeven door droge weilanden. De grotten, al honderden jaren oud, tonen nog altijd oude rotsschilderingen. Hoewel de huizen nieuw lijken, zijn ze bijna tweehonderd jaar oud en worden ze nog altijd bewoond door de zesde generatie van de oorspronkelijke bewoners.
In 1824 trok meneer Kome uit het gebied Matatiele in de grotten om zich te verbergen voor de kannibalen die toen actief waren. Ongeveer 200 jaar geleden zochten lokale stammen hier onderdak. Tijdens een periode van droogte en plundertochten ontstond er een ernstige hongersnood, waardoor mensen kannibalisme begonnen te praktiseren. Naar schatting zouden er tussen 1822 en 1828 ongeveer 4.000 kannibalen actief geweest zijn, die elk gemiddeld één persoon per maand aten. Dit leidde tot ongeveer 288.000 slachtoffers. Het kannibalisme verdween eind jaren 1830.
Vandaag de dag zijn deze grotten een unieke historische plek die zeker een bezoekje waard is.
Annick HELSEN