Geef me een noot – een muzieknoot bedoel ik – zo groot als een huis en ik kan ze niet benoemen. Ja, als ik begin te tellen vanaf dat magische puntje van de solsleutel, dan geraak ik er op de duur wel. Maar wat heb je aan dergelijke summiere kennis?
Gevoel voor ritme ontbreekt me dan ook nog eens helemaal. Maar dan echt! Een tijdlang heb ik in een Berings koor gezongen. De dirigent hield van een modern repertoire en af en toe wou hij dat de zangers ritmisch in de handen klapten. Eén halve repetitie lang heb ik mogen meedoen en toen moest ik beloven bij de klapfragmenten mijn handen in mijn broekzakken te houden. Binnen de kortste keren klapte ik tegen de cadans in en bleek ik het gezelschap telkens de ritmische vernieling in te jagen. Pijnlijk hoor, want mijn stem – ik zong bij de bassen – mocht er, al zeg ik het zelf, best wel zijn. En toon houden kon ik ook.
En toch geniet ik van – vooral klassieke – muziek. Meer dan beeldende kunst kan muziek me diep ontroeren. Zo was ik gisterenavond in Cultuurcentrum De Adelberg aanwezig bij het jaarlijks nieuwjaarsconcert van mijn geliefde Davidsfonds. Het ensemble Ataneres o.l.v. Wim Spaepen bracht er een programma dat ging van Vivaldi over Mozart en Tsjaikovski tot Händel en Lehar, met onze eigen Lommelse Anja Van Engeland als soliste. Zestien jonge muzikanten, tien vrouwen, zes mannen, die zo een passionele relatie met hun instrumenten beleefden dat het publiek ook visueel aan zijn trekken kwam. Vooral de contrabassiste trok mijn aandacht. Zij was een stuk kleiner dan haar instrument en bespeelde het zoals een dierentemmer in het circus een tijger aanpakt. Zo van: “Als ik jou dreigend aankijk, wil ik angst horen, als ik je streel, geef jij me tevreden gespin en als ik je kriebel, wil ik het publiek horen lachen." Wat een expressie! Wat een meesterschap!
En dan Anja Van Engeland! Een sopraan met een zo benijdenswaardig stembereik, zo een gouden vocale coloratuur dat het wereldklasse wordt.
Er waren ogenblikken dat ik tot tranen toe bewogen was.
Anderhalf uur lang was het cultuurcentrum in Lommel de hemel op aarde.
Chel DRIESEN