Wie ook maar het minste idee heeft over wat een kernoorlog zou kunnen teweeg brengen, kan toch moeilijk anders dan Vladimir Poetin volkomen krankzinnig verklaren. Een oorlog die met atoomwapens uitgevochten wordt, betekent niet meer of minder dan het einde van alle leven op aarde. Mensen zijn in de loop der eeuwen geëvolueerd tot zulke vernuftige wezens, dat we een gigantisch kernarsenaal opgebouwd hebben. Het volstaat om de wereldbevolking tig keren uit te moorden.
En wij horen ‘sterke Vladimir’ na een pompeuze tocht over een rode loper van een paar kilometer (ja, ik overdrijf) die baarlijke onzin uitkramen. En ’s avonds zitten we weer gezellig bij mekaar vrolijk naar de halve finale van de Belgische voetbalbeker tussen Antwerp en Oostende te kijken. Ja, ik zelf ook! Het begint toch wel erg sterk te lijken op de periode vóór de Tweede Wereldoorlog. Toen geloofde ook niemand echt dat het allemaal zo’n vaart zou lopen. “Wij slaapwandelen de Derde Wereldoorlog in” las ik deze week ergens in een tijdschrift.
Ik spring wel eens van de hak op de tak. Dat komt gewoon doordat ik een warhoofd ben. Warhoofden denken wel eens verbanden te zien die normale mensen ontgaan. Zo was er die vriend die voeger les gaf aan de koksschool. Op een dag moest er in de praktijkklas mayonaise geklopt worden. En leerling kwam zich afmelden voor de dienst. “Ik kan geen mayonaise kloppen”, zei ze, “ik heb mijn regels”. Indertijd heerste er immers de hardnekkige stadsmythe dat mayonaise van wie haar regels had, onmogelijk kon lukken. “Ik zie het verband niet hoor”, zei mijn vriend. Tegenwoordig zou zo’n man na een dergelijke ‘vrouwonvriendelijke’ uitspraak meteen op non-actief gezet worden!
Waar ik naartoe wil? Naar het verband met het volgende! Toen ik onlangs getuige was van een gesprek waarin het er over ging dat de kerken tegenwoordig toch wel erg leeg zijn, zelfs tijdens de zondagsdienst, zei iemand: “Wacht maar tot het nog eens oorlog wordt. Als mensen in de miserie zitten, dan weten ze de kerk weer liggen. Dan zitten ze zo vol dat ze tegen mekaar moeten kruipen om binnen te kunnen.” Ik zal volgend weekend eens gaan kijken, dacht ik nog. Na Poetins dreigement moet het nu toch wel ongeveer zo ver zijn.
Maar zo lang hoeven we waarschijnlijk niet eens te wachten. Ik lees net in de krant dat de pastoor van Boxbergheide, dat is een wijk in Genk, waar de verwarming van de kerk al een tijdlang defect is, zijn bibberende parochianen de raad geeft om zich maar lekker dicht bijeen te nestelen en mekaar vast te houden.
Monseigneur Roger Vangheluwe zal het daar wel mee eens zijn.
Chel DRIESEN