Deze week nog eens een dessertje:
La tarte Tatin is wellicht de meest beroemde appeltaart. Ze wordt ondersteboven gebakken en dat maakt haar uniek. Het eenvoudige recept werd bedacht door de Franse zussen Caroline en Stéphanie Tatin.
Het is zeer belangrijk om voor deze bereiding een appelsoort te gebruiken die voldoende stevigheid behoudt bij verhitting. (bv. Boskoop’)
Ingrediënten:
8 appels - bladerdeeg -150gr suiker - 60gr boter- water.
Bereiding:
Strooi de suiker in een kookpot en voeg er een scheutje water aan toe. Meng de suiker en het water en zet op een hoog vuur.
Laat het suikerwater smelten tot een goudgele karamel.
Schil de appels en snij het klokhuis eruit met een appelboor.
Snij de geschilde appels in twee.
Hou de kokende suiker in de gaten. Zodra de karamel de juiste goudgele kleur heeft, schenk je er nog een scheutje water bij.
Neem de pan van het vuur en voeg de koude boter toe. Blijf roeren tot je een gebonden karamel krijgt.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Giet de karamel en leg de halve appels erin op de bodem van een taartvorm. Leg de bolle zijde van de vruchten naar onder.
Strijk royaal wat gesmolten boter over de halve appels.
Rol het vel bladerdeeg uit en leg het bovenop de laag appels. Vouw de randen van het vel deeg rond de appels die langs de rand van de taartvorm liggen. Maak in het midden van de lap deeg een gaatje, zodat stoom kan ontsnappen tijdens het bakken.
Bak de tarte Tatin gedurende 30 minuten in de oven van 180°C. (Controleer het resultaat,. Prik even in de taart om te checken of de appels gaar zijn.)
plaats een groot bord omgekeerd op de taartvorm.
Draai om, zodat de tarte Tatin op het bord valt. Pas wel op voor de karamel.
Serveer de taart warm of koud. Met een bolletje vanille-ijs erbij krijg je een overheerlijk dessert.
(Inge Jespers)