‘’t Zal schoon
zijn als het af is is niet alleen de titel van de nieuwste voorstelling van Adriaan Van den Hoof, maar ook al enige tijd de spreuk in het hoofd van menig Adelbergmedewerker’. Het Lommels theater de Adelberg opent met deze zin haar aangrijpende uitleg over het nieuwe seizoen. Van den Hoof is een bekende Vlaamse theaterman. Er is nogal wat onzekerheid en in de tekst van de gids staat dat het misschien moeilijk wordt de dialogen tussen het publiek en artiesten te laten doorgaan. ‘
Droom Beleef’, zo staat het stilistisch roerend op het nieuwe programmaboekje én op een aantal posters in het centrum van Lommel. Je loopt er zomaar tegenaan. Onzekerheid troef nu in deze ‘tijden van …’ (het virus natuurlijk, maar dat noemen, is alleen maar bladvulling.) Op de poster staat het hoofd van een slecht geschoren jongeman in zwart-wit die zijn ogen dicht heeft. Hij droomt natuurlijk. Hij beleeft waarschijnlijk. Dat is de oproep voor het nieuwe seizoen. Wij hebben ook wat voorstellingen geboekt. Ik had gedacht dat het nog niet voor deze winter zou zijn: theater bedoel ik dan. Als ik weer het kerkplein oploop zie ik die poster.
In een grote lindenboom verderop hangt onderaan in de kruin een merkwaardig voorwerp. Het lijkt op een grof getande handzaag die ze in een cirkel om een tak hebben geplooid. Hij is goudgeel van kleur. Er lijken ook handvatten aan te zitten. Hij hangt er wat onopvallend zelfs. Je moet écht omhoog kijken anders mis je hem. Bij de boom staat een onooglijk paaltje met een plaatje, waarop staat: ‘
Project Damokles IV Tim Ulrichs 1990’. Ik vraag me af of het een met het ander te maken heeft. Dat zou je haast wel denken. Ik bedenk ook nog: wie zou hier ooit bij stil staan? Het geheel komt wat buitenissig iel over. Misschien is dat ook de bedoeling. Ik google op Tim Ullrichs. Ik kom wel Timm Ulrichs tegen, met twee keer m dus. Het is een Duitse beeldhouwer en conceptueel kunstenaar die allerlei vreemdsoortige dingen in het landschap plaatst en ik zie dat één van die objecten ook boomkronen of -zagen zijn. Dus Lommel heeft zo’n Ulrichse boomkroon. Het was mij al eerder opgevallen, maar ik dacht altijd dat het kerstdecoratie was die men vergeten was te verwijderen. Kun je nagaan wat kunst met je doet: curieuze vervreemding. Het gaat om kunst nu. Lommel doet mee.
Er staat nog een beeldengroep. Die heet:
‘In Harmonie.’ Het staat er in vier talen bij: in het Nederlands, en Français, in Deutsch en in Harmony dan in het English. Voor de rest is de spelling gelijk. Joz de Loose heeft het gemaakt en het staat er sinds 1996. Het zijn beelden van een ouderpaar met twee kinderen en een magere hond. Die laatste is door iemand een mondkap voorgebonden. Zo gaat dat in deze tijden van. De groep staat op een verhoog en op de rand daarvan staat nog een aanduiding, maar die kan ik niet thuisbrengen. Er staat op: ‘
verloren was – de groeve Nevele Belgium – cire perdue.’ Het staat in een sierlijke ellips alsof het met een stempel is aangebracht. Geen idee wat dat betekent! Ik ga het ook niet opzoeken.
Bij dit plein komen vier wegen samen. Men heeft er een grote rotonde aangelegd. Vier vlaggen met het opschrift ’Lommel pure energie’ waaien fors en fier in de straffe wind: energiek genoeg. De gemeente doet zijn best om met deze rotonde steeds ons steeds fleurig op te monteren, ook al rij je er langs af. Ik heb het idee dat er wel twee of drie keer per jaar tuinlieden rondscharrelen om er nieuwe planten te poten. Het ziet er altijd tóp uit. Dat moet gezegd. Dit is een voorbeeld van conceptuele ambachten, zeg maar.
Ik loop langs de kerk naar het plein dat er achter ligt: het Michiel Jansplein. Je kunt je steeds afvragen wie zijn of haar naam heeft gegeven aan een plein. Deze keer zoek ik het niet uit. Dit plein is eigenlijk gewoon een parkeerplaats. Voorheen was dit het kerkhof van Lommel. Bij de ingangen wilde men ooit slagbomen plaatsen. Het is betaald parkeren hier. Er staan wel palen voor die slagbomen maar met een volslagen loze mechaniek; de bomen ontbreken. Ik had wel gelezen in het gemeenteblaadje dat deze bomen er alleen maar zouden zijn om het aantal auto’s te tellen die zouden komen en gaan, dus zonder betaalautomaat. Dat is intussen ruim twee jaar geleden aangekondigd. Het zijn van die curieuze mededelingen, installaties en voornemens die niemand goed begrijpt.
Aan de overkant staat de bibliotheek die in onze gemeente ook steeds actief is met verschillende activiteiten, zoals lezingen en voorleesuurtjes voor kinderen. Aan mijn linkerhand staat het Praathuis. Het is een ontmoetingscentrum waar onder andere filosofiebijeenkomsten worden gehouden, maar in deze tijden van zullen die ook weer opgeschort zijn.
Als ik rechts langs de bib, zoals die hier afgekort heet, heen loop, kom ik bij de sportschool waar ik geregeld mijn fitnessoefeningen doe. Daarover ga ik u niks vertellen. Ik draai terug en loop in de richting van de kerk weg.
© Willem van Lit - 10.09.20