Dan heb je een rosmolen en vervolgens blijkt het ros een groot probleem te zijn. Dit schrijft ene Gilbert Ledegen in de beschrijving van een dergelijke molen, die bij de Groote Hoef in Lommel staat. Men probeerde het met een ponypaardje (dat is het ros dus), die de molen wel rondgetrokken kreeg ‘tot groot jolijt van de omstanders’, maar de pony had onvoldoende kracht om het graan werkelijk tot meel te malen. Chris de molenaar heeft er later een zware ‘Ardenner’ voor gezet, die de klus wel kon klaren. Dat paard werd Dikke Bertha genoemd, een merrie dus, ‘die zeer kindvriendelijk was. Chris liet zelfs kinderen die op bezoek kwamen op haar brede rug rondjes draaien. Spijtig genoeg overleed Bertha inmiddels aan buikkolieken.’
Zo staat er te lezen.
De Groote Hoef is kennelijk een van de oudst beschreven plekken in Lommel. In 990 – ja ruim duizend jaar geleden al – kwam deze grote boerderij met veel landgoederen al voor in beschreven stukken die gingen over de overdracht van het landgoed van een graaf naar een abdij. Natuurlijk zijn er in de loop van de eeuwen veel veranderingen aangebracht, zoals de toevoeging van die rosmolen. Die kwam er pas in 1995 bij. Hoezo dat, kan ik nergens terug vinden. Een dergelijk detail doet het altijd goed om het verhaal over mijn volgende tocht rond Lommel te beginnen. De Groote Hoef wordt in een oude stijl goed onderhouden. De boerderij bestaat uit verschillende gebouwen: schuren, stallen, een woongedeelte en die molen dus. Er is ook een museumpje bij, waar allerlei zaken over de vroegere boerenstiel te zien zijn. Momenteel is de hoeve een restaurant met feestzaal. Het is een geliefde plek voor het organiseren van bruiloften.
Mijn plan is om vandaag plekken te bezoeken die wat verder verwijderd zijn van de plek waar ik woon. De hele ronde die ik vanochtend afleg, is meer dan dertig kilometer. Dat doe ik op de fiets. De Groote Hoef ligt vlak langs de drukke Ringlaan die onder Lommel door loopt. Hierdoor valt hij enigszins uit het oog als men er langs rijdt, maar de uitbater doet zijn best om met een groot spandoek duidelijk te laten weten dat het mosselseizoen geopend is en trekt zo de aandacht naar zijn trots, de monumentale hoeve zelf.
Ik steek hier de drukke Ringlaan over. Er zijn verkeerslichten, maar dan nog moet ik opletten en opschieten bij het oversteken. In een poep en een zucht is je oversteekpermissie weer voorbij en koekeloer je weer naar een rood lichtje. Een eindje terug staat er een provisorisch monumentje langs de Ring. Hier is een meisje van zestien verongelukt. Er staan foto’s bij, haar naam – Chelsea – en een klein kastje met verschillende voorwerpjes van steen die eraan moeten herinneren dat zij hier om het leven is gekomen. Het geheel staat tegen een stalen plaat met opdruk van een organisatie, SAVE. Er staat een grijs-geel Andreaskruis op en de vermelding ‘Samen voor veilig verkeer.’ Het is kennelijk een organisatie van ouders van verongelukte kinderen. Dat staat er in elk geval met zoveel woorden nog bij. Ik kan niet zien uit welk jaar het is. Het is een plek van herdenking die tegelijkertijd werkt als waarschuwing.
De Hoeverdijk, zo heet het hier. Die versmalt verderop. Een deel is dan fietspad, het andere weggedeelte is dan onverharde zandweg. Hier komen vooral tractors. Voordat ik het eigenlijke fietspad bereik, zie ik aan de rechterkant in de bomenrij die de weg afzoomt een Mariakapelletje. Het houten kapelletje van ongeveer dertig centimeter hoog is in wit en blauw geschilderd – de kleuren van Maria – en aan een boom gespijkerd. Die boom staat zeker een meter of drie achter aan dikke palen bevestigde prikkeldraad. Er lopen vier vriendelijk wapperende strengen van vaantjes – ook blauw en wit – vanuit het kapelletje naar de prikkeldraad. Deze opstelling maakt een rare ongastvrije, ja zelfs wat sinistere indruk. Dubbele rijen prikkeldraad om Maria te vrijwaren van te nieuwsgierig nabije blikken? Of zouden er andere redenen zijn om niet te dichtbij te mogen komen? Buitengesloten of opgesloten in haar eigen kamp? Het nodigt niet uit om hier – mocht ik dat al willen – in ingetogen devote houding mijn verdriet of plezier te komen spuien tegenover de maagd. Je schrikt er van!
Ik fiets verder. Links en rechts staat nu hoog opgeschoten maïs. Het ontneemt mijn blik op de ruimte daarachter. Het is zeker niet druk vanochtend. Het zal er wel aan liggen dat het maandag is. Het weer is prima, een licht windje in warme nazomerochtend.
© Willem van Lit - 140920