In juni krijgen we jaarlijks het programma voor het volgende jaar. Dan kiezen we de voorstellingen die we willen zien. Dit jaar hebben we dat programma niet gezien. Er is niets te kiezen voor het volgende theaterseizoen. Het moment is eerlijk gezegd ook aan mij voorbij gegaan. Elk jaar ben ik erop gespitst het te krijgen omdat je voor sommige voorstellingen er snel bij moet zijn met reserveren.
Langs een pleintje met bedriegertjes loop ik in de richting van het theater de Adelberg. Over een voetgangersstraatje De Vryheyt. Hoe het aan deze naam komt, weet ik niet. Dat is met meer straat- of wijknamen zo. Rondlopend lees ik naambordjes en bedenk dan dat er iemand geweest moet zijn die dit heeft bedacht. Vaak is het duidelijk, bij namen van kunstenaars, oude burgemeesters of bloemen en planten, maar er zijn ook namen waarvan de herkomst en betekenis raadselachtig tot de verbeelding spreken. Het is allemaal wel na te pluizen, maar dat doe ik dan maar niet. Laat het maar wat braakliggend onbekend terrein; soms past dat beter. Dat is met veel meer namen zo. De naam van het theater met het bijbehorend parkje, Adelberg is mij ook onbekend.
In dit theater is ook de bioscoop (Cinema zoals men hier zegt) gevestigd met verschillende zalen, een café en een tentoonstellingsruimte. Het gebouw staat in de steigers. De verbouwing heeft door het virusregime ook een tijd stil gelegen. Met het begin van het nieuwe theaterseizoen moet het klaar zijn, maar of het dan écht feestelijk kan worden heropend, is de vraag. Voorlopig is het stil rondom ons cultureel centrum hier. De bioscoop is sinds een aantal weken wel weer open. Aan de achterzijde van het gebouw is een noodzaaltje voor optredens neergezet. Met de beperkingen van deze dagen, zal het animo sowieso beneden peil zijn. Verbouwen en renoveren doe je om er nieuw elan en aspiratie in te brengen. Velen hadden zich waarschijnlijk verheugd op een feestelijk nieuw begin. Er waren geen dompers voorzien, zeker toch niet van deze aard en omvang waar de levenslucht in letterlijke zin de adem van het artiestendom bedompt. Het is één van de mistroostigheden van deze tijd.
Normaal staat op de bovenste rand van dit theater een grote goudkleurige pluim. Die ontbreekt nu door de verbouwing ook. Hoe fier het gebouw er ook bij staat, voor mij heeft het nu een vreemd somber uiterlijk. Naast mij op de straatstenen ligt een smoezelige mondkap. Die is iemand kwijt geraakt. Niemand raapt die op.
Aan de andere kant van het theater is het park met dezelfde naam: Adelberg. Het is niet groot, hooguit honderdvijftig meter in het vierkant. Men heeft kunstmatig er wat heuvels in aangelegd. Er staan bomen en er is een waterloop gemaakt met wat fonteinen her en der. Ik loop er binnen. Aan mijn linkerhand is met trappen op een heuvel een buitentheater aangelegd. Ik ben wel eens op een mooie zomeravond naar een voorstelling gaan kijken van Lommelse muziekgezelschappen. Het is een stemmige plaats. En hier is ook wel eens de hangplek voor Lommelse jongeren. Je kan hier lekker uit het zicht van de burgerij je puberteitsflirtpartijen vieren. De plaatselijke dienders weten het ook al wel natuurlijk.
Tegenover de zitplaatsen van het openluchttheater staat een beeldengroep die – nu ik er op toe loop en kijk – de humanitaire geest van de tijd vertolkt. ‘Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren’. Dat is de beginregel van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Die woorden staan op zes panelen op een rij bij een beeld van twee mensen die kennelijk elkaar op de been proberen te helpen. Op de panelen portretten in glas (hoe kan het ook anders in Lommel) van Gandhi, Nelson Mandela, Martin Luther King, Eleanor Roosevelt, Lily Boeykens (een Vlaamse feministe) en Françoise Tulkens (een Belgische rechter bij het Europese Hof van de Rechten van de Mens). Ik ben eerlijk, ik heb die laatste twee ook moeten opzoeken. De beeldengroep is van een Brabants-Nederlandse beeldhouwer, Margot Homan.
Hoezeer Lommel hecht aan de evenwaardig wederzijdse menselijkheid. Het zij er maar bij verteld, zodat het voor u markant vanzelfsprekend blijft, opmerkelijk evident. Ik hoop dat de hangjongeren die hier tegenover in het park hun best doen te experimenteren met het leven, dit ook nog blijven zien.
Ik loop het park uit en ga in de richting van De Kroon, het oudste café van Lommel.
© Willem - 23 juli 2020